De
Romeinen
hadden het al aardig voor elkaar,
een gebakken
dakbedekking
in plaats van de zware en dure
natuurstenen
platen.
Wat met natuursteen niet kon, was wel mogelijk in de gebakken vorm,
de plaat, tegula geheten, kreeg aan de zijkanten een opstaand randje.
Door een tweede type pan te ontwikkelen werd het inwateren tussen de platen voorkomen:
dat werd de imbrix, de bolle pan als 'bovenpan'.
Om bij de dakvoet inkijk onder de imbrices te voorkomen werden hier vaak versierde
antefixen
geplaatst.
Volgens hetzelfde principe als de tegulae en imbrices zijn later de eenvoudigere
holle en bolle pannen
ontwikkeld, die in zuidelijke landen nog algemeen gebruikelijk zijn.
Tekst: Jean Penders, 05-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders